
God spreekt door gebeurtenissen Wilhelminakerk Bussum 2 april 2023
God spreekt tot ons niet alleen in woorden (vooral de Bijbel), maar ook en allereerst in dingen. Dat was het thema van de laatste twee diensten waarin ik hier voorging. Een bloem is een woord van God. De zon is een woord van God. Want God is allereerst schepper. Dat behoort tot de kern van ons christelijk geloof. Door het Woord dat bij God is en God is zijn alle dingen geschapen (Joh 1:3).
Vandaag wil ik hieraan iets toevoegen. God spreekt niet alleen in dingen, maar ook in gebeurtenissen. Ook dat spreken is een ‘taal die overal op aarde wordt gehoord, maar zonder klank’ (weet u nog, uit Psalm 19). God is immers niet alleen schepper, Hij geeft ook leiding aan de geschiedenis die de schepping doormaakt. Daarom geloven we ook in voorzienigheid, in Gods zorg voor mens en wereld.
- We komen hiermee op een ander terrein. Het belangrijkste verschil is, dat in de geschiedenis niet alles wat er gebeurt door God gedaan wordt. Mensen hebben een ingrijpende inbreng. Dat zal ons niet verbazen, wij in het Westen zijn zelfs geneigd het om te draaien: alles wat in de geschiedenis gebeurt is door mensen gedaan. Dit past bij onze kijk op de natuur, want ook daar, zo denken velen van ons, doet God eigenlijk niets. De dingen gaan zoals ze gaan, volgens eigen wetmatigheden.
Dat is anders geweest. Eeuwenlang geloofden we in het Westen wel degelijk dat God óok handelt in de geschiedenis, in de biografie van mensen en volken. Niet alleen in bepaalde natuurverschijnselen, ook in bepaalde historische gebeurtenissen werd Gods wil bespeurd. Men zocht die dan meestal in wonderlijke gebeurtenissen (parallel aan uitzonderlijke natuurverschijnselen). Maar dat ging nog lang samen met de overtuiging, dat Gods hand of wil óok in de regelmatige, gewone gebeurtenissen aanwezig was. Het is zijn werk dat de zon elke dag opkomt en de bloem op een gezette tijd bloeit, maar ook dat van eerlijk werk vrucht geplukt kan worden. God schept niet alleen, Hij ziet ook om naar wat hij schept. Er is een algemene zorg voor mensen, dieren, dingen.
De meeste dingen die God doet worden dus door Hem in een vaste regelmaat gedaan (wat wij ‘natuur’ zijn gaan noemen), maar soms doet Hij nog iets anders, of iets extra’s (waarvoor Hij dan ook een speciale reden heeft). Iets dergelijks geldt ook voor wat God doet in de geschiedenis.
Deze balans is pas in de 19e eeuw verbroken. Dan wordt de tendens steeds sterker om alle regelmatige en onregelmatige gebeurtenissen te zien als bepaald door factoren die in het gebeuren zelf besloten liggen en los van God staan. Het was de tijd van de opkomende moderne theologie. Tegelijk is er de tegentendens om alles dat gebeurt door God bepaald te zien. Het was ook de tijd dat Kuyper zijn duizenden versloeg en Spinoza een enorme invloed had. In de loop van de 20ste eeuw heeft de eerste tendens de tweede bijna geheel verdrongen. De seculiere wereldvisie werd dominant: alles wat er gebeurt, gebeurt dankzij natuur en mensen, God doet in feite niet mee. Zo zijn we nieuwe heidenen geworden: god-lozen. En wie de tegenbeweging volgt en denkt dat al wat er gebeurt door God gedaan wordt, zit eigenlijk ook in een vorm van heidendom. Op iets dat scheef staat reageren mensen vaak met de tegenovergestelde scheefstand, en dit leidt niet zelden tot verdere polarisering.
- Mag ik uit die tijd, de tweede helft van de 19e eeuw, een voorbeeld geven, van iemand die aanvankelijk sterk geseculariseerd dacht (zoals velen van ons) maar later meer neigde naar een religieus-deterministische visie (zoals sommigen onder ons). Het boeiende is, dat hij in beide fasen open bleef naar de meer klassiek-christelijke visie, en dat vooral dankzij de invloed van Bijbelverhalen. Ik bedoel Abraham Lincoln, de bekende Amerikaanse president. Het waren vooral twee dingen, twee gebeurtenissen die hem van een meer seculiere naar een diepreligieuze levensvisie voerden: de dood van zijn zoontje en het begin van de burgeroorlog. Voor Lincoln was duidelijk wat de belangrijkste reden voor deze oorlog was: slavernij. De noordelijke staten wilden de afschaffing van de slavernij, de zuidelijke staten wilden dat niet, omdat hun economie daar grotendeels op draaide. Bij de aanvaarding van zijn tweede termijn hield Lincoln een toespraak waarin hij de pijnlijke vraag stelde die toen bij veel Amerikanen leefde (en nu bij ons in Europa opnieuw leeft): Waarom moet de oorlog zo lang duren?
Hier is het antwoord dat Lincoln zelf gaf: ‘De gebeden van beide partijen konden niet verhoord worden.’ Nee, bij tegenstrijdige gebeden kan God ze niet allebei verhoren. ‘Het gebed van geen van beide partijen is volledig verhoord.’ Inderdaad, noch de ene noch de andere partij wint, de oorlog duurt voort. ‘De Almachtige heeft kennelijk zijn eigen doelen’, concludeert Lincoln. ‘Als wij moeten aannemen dat God het schandaal van de Amerikaanse slavernij in zijn voorzienigheid heeft toegelaten, maar nu wil wegnemen door aan beide partijen deze vreselijke oorlog te geven [..], dan mogen we hopen en bidden dat deze machtige plaag spoedig voorbij zal gaan. Toch, als God wil dat hij zal duren, totdat alle welvaart opgestapeld door de tweehonderd en vijftig jaar onvergolden zwoegen van het zwarte deel van onze bevolking, en totdat elke druppel bloed veroorzaakt door de zweep betaald zal zijn met het zwaard, ja dan moet nog steeds gezegd worden wat drieduizend jaar geleden [in het oude Israël] gezegd werd: De oordelen van de Heer zijn betrouwbaar en rechtvaardig.’
Waarom duurt de oorlog zo lang? Lincoln proeft hierin een gericht van God, die nooit onrechtvaardig is. Het is niet onrechtvaardig als dat wat we met geweld en onrecht verworven hebben, ons wordt afgenomen. Toch hoopt en bidt Lincoln dat God barmhartig zal zijn. Zo tastte hij de gebeurtenissen van zijn leven af met de vraag: Welk woord van God moeten we horen in hoe de dingen gaan?
Als in ons Europa de oorlog voortduurt, en als de stroom van migranten die hier een graantje van de welvaart willen meepikken, zal aanhouden, totdat de rijkdom die we in tweehonderdenvijftig jaar secularisatie en een nog langere koloniale tijd hebben opgebouwd, verloren zal zijn gegaan, zullen we moeten zeggen dat de oordelen van God betrouwbaar en niet onrechtvaardig zijn.
- Hoe spreekt God door gebeurtenissen? In de Veertigdagentijd wordt deze vraag wel heel scherp. Een waarlijk onschuldige, een door God gezondene, wordt slachtoffer van de weerstand die zijn daden oproepen, en wordt tenslotte geëxecuteerd. Hoe kan híerin de hand van God gezien worden? We staan vandaag voor het gebeuren van de laatste week in Jezus’ leven: wat zegt dát van God?
We kwamen met Lincoln vanuit de wereld om ons heen op de rand van het Oude Testament te staan; laten we nu vanuit het Oude Testament naar het Nieuwe gaan, met Jozef. (U hebt vaker gemerkt dat dit naar mijn overtuiging de betere weg is om het Nieuwe Testament te begrijpen.) Het verhaal is bekend. Jozef was de lievelingszoon van vader Jakob, maar dat zette bij zijn broers kwaad bloed. Ze verkochten hem als slaaf naar Egypte. Daar klom hij onverwachts op tot onderkoning. En toen brak er hongersnood uit. Jozef bleek de vooruitziende blik te hebben om in de jaren voorafgaand aan de schaarste graanvoorraden aan te leggen. Daar kon de hele regio van profiteren in de magere jaren die volgden. Zo kwam ook de familie van Jakob naar Egypte om graan te kopen. Ze bleef daar zelfs een paar generaties wonen. Als vader Jakob sterft – dat is het moment van de tweede schriftlezing – beginnen de broers bang te worden. Wat als Jozef hen toch vergeldt voor wat ze hem als jongen hebben aangedaan? Misschien hield hij zich in zolang hun vader leefde. Wanneer Jozef dit hoort, breekt hij in tranen uit. Nee, voor vergelding hoeven de broers niet bang te zijn. God héeft al vergolden; en hoe. Ja, Jozef werd slaaf; maar hij werd ook onderkoning; en zo kon hij zijn hele familie redden van de hongersnood.
Jozef heeft nooit een openbaring van God ontvangen (of het moest zijn in zijn dromen). Maar hij schroomt niet om God heel nauw te verbinden met het dramatische gebeuren in zijn leven. Toen hij zich voor het eerst bekend maakte aan zijn broers, zei hij het zo: God heeft mij voor jullie uit naar Egypte gezonden, zodat ik jullie kon redden (Gen 45: 5, 8). En daar zit wel wat in, want als jongen droomde hij al dat zijn oudere broers eens voor hem zouden buigen. Juist dat was bij hen in het verkeerde keelgat geschoten. Maar betekende die droom niet, dat hij door God uitverkoren was om over zijn broers te heersen? En is dát niet door de loop van de gebeurtenissen uitgekomen?
Wel, achteraf is duidelijk genoeg dat God hem in die droom vooruit heeft laten weten wat er gebeuren zou. Maar dat betekent nog niet, dat God die uitkomst zelf alleen veroorzaakt heeft. Na het overlijden van vader Jakob is Jozef nog voorzichtiger dan bij zijn bekendmaking aan zijn broers. Hij zegt: Jullie hebben wel kwaad gedaan, maar God heeft het ten goede gekeerd (Gen 50:20). Hem naar Egypte verkopen was kwaad, en God wil geen kwaad. Maar Hij heeft mijn lot een wending gegeven, zegt Jozef, zodat ik nu jullie, mijn broers, en vele anderen van de honger kan redden.
- We zien bij Jozef een vreugde die door een diep dal is gegaan, maar daar sterker uit gekomen is. Laten we tot slot de lijn van Jozefs vreugde doortrekken naar de lotgevallen van Jezus op Palmzondag en daarna. Op Palmpasen komt Jezus als een koning de hoofdstad van het land binnen. De vrolijke intocht in Jeruzalem lijkt wel een kleurige mantel die om Jezus’ schouders wordt gelegd. Maar al gauw zien we ook, hoe ‘de broers’ reageren.
Jozef werd als slaaf naar Egypte verkocht, maar werd daar onderkoning en kon zo zijn oude en nieuwe familie redden – Jezus werd door zijn eigen volk verworpen, maar werd heer over een nieuw volk, waardoor hij dat nieuwe én zijn oude volk kon redden. Zo vertelt Petrus op Pinksteren het, hij vertelt het verhaal van Jezus aan zijn volksgenoten zoals Jozef zijn verhaal aan zijn broers vertelt. God heeft hem die jullie kruisigden, aan Zijn rechterhand gezet. Nu kan hij allen redden, zij die veraf zijn en jullie die dichtbij zijn!
Ook hier kan dus gezegd worden: Mensen hebben Jezus wel kwaad gedaan (en dat zal erkend moet worden), maar God heeft zijn lot ten goede gekeerd. Jezus is door eigen mensen uitgeworpen, maar langs deze weg is hij tot heer, tot koning-onder-God over vele anderen geworden. Ja, zo is het inderdaad gegaan. En, zo gaat het nog steeds. Hij die door het christelijke Westen uitgeworpen wordt, wordt heer over anderen in de wereld, en steekt vandaar ook naar zijn oude volk de hand uit.
Na Palmpasen komt de Goede Week. Het is gemakkelijk om te zeggen: niets in dit gebeuren is het werk van de Almachtige. Het is ook gemakkelijk om te zeggen: alles in dit gebeuren is het werk van de Almachtige. Maar in beide gevallen, in de geseculariseerde en in de diepreligieuze visie, raken we het evangelie kwijt. Jezus moest lijden en sterven, ja maar wat zegt dit gebeuren van God? Was Hij het, die dit Jezus aandeed? Nee, dat deden allerlei mensen, mensen zoals de broers van Jozef, elk met een eigen rol in het gebeuren. God ontnam hen niet het stukje vrijheid en macht, die zij in de hele geschiedenis hadden. Hij ontneemt ook ons niet het stukje vrijheid en macht dat wij in onze geschiedenis hebben. Maar Hij wendt de uitkomst ten goede, en dat óok voor hen die bijdragen aan de treurige uitkomst. Hij die door ons verworpen werd, zal degene zijn die ons redt. Hij keert ons lot als wij ons tot Hem keren. Maar dan moeten we wel van de kansel naar het doopvont.
UIT DE LITURGIE
Orgelspel, stilte
Bemoediging allen gaan staan
O: Onze hulp is de naam van de Heer
A: die hemel en aarde gemaakt heeft
O: die trouw blijft tot in eeuwigheid
A: en niet loslaat wat zijn hand begon
A: Amen
Drempelgebed
Lied 80: 1,2 allen
Groet
- de Heer zij met u
- ook met u zij de Heer! daarna gaan allen zitten
Welkom en Inleidende woorden
Aansteken kaars voor de Nood van de Wereld
Kyriegebed Gezongen respons: 368d
Lied 550: 1 en 3 (zanggroep, allen)
Moment met de kinderen we steken de kinderkaars aan
1e Bijbellezing: Genesis 50: 15 t/m 21
Lied 105: 6, 7 en 8 (zanggroep, allen)
2e Bijbellezing: Matteüs 16: 21 + Hand 2: 36 t/m 39
Lied 556: 1 en 5 (zanggroep, allen)
Uitleg en verkondiging
Stilte
Meditatief orgelspel
Lied 139: 2 en 14 (zanggroep, allen)
Gebeden
Diakengebed en Voorbeden
gezongen responsie Lied 367e
Stil gebed,
Onze Vader
Mededelingen door de ouderling van dienst
Inzameling van de gaven
1e collecte: Palmpasencollecte voor Jong Protestant. Wat betekent Pasen en wat betekent het paasverhaal voor mij? Met deze vraag gaan elk jaar meer dan zesduizend jongeren aan de slag als ze – in groepen – de Paaschallenge doen.2e collecte: Plaatselijke Gemeente
Lied 905 1,3,4 allen
Uitzending en Zegen
Gezongen Amen
Orgelspel
Drempelgebed
God, neem ons weer mee aan uw hand
door de wereld om ons heen
die U zo liefhebt,
neem ons mee door
de geschiedenis van uw volk,
door het leven van uw geliefde Zoon.
Leer ons U op het spoor te komen
in de dingen die er gebeuren,
om zo een weg te vinden
door de verwarringen van de tijd,
een weg ten leven, die zelfs
niet doodloopt op de dood.
Welkom en Inleidende woorden
Spreekt God tot ons door de dingen die er gebeuren in ons leven? Vroeger hebben we dat wel geloofd. We kennen allemaal nog het wel het spreekwoord: De mens wikt, God beschikt. Als mens kun je van alles doen en plannen, maar hoe de dingen gaan en wat er uiteindelijk gebeurt, bepaalt God. Dat besef heeft in onze kerkenlange tijd zwaar onder vuur gelegen, en daarna is het stil geworden – misschien goed om het er toch weer over te hebben. Vandaag leent zich daar wel voor, vandaag is het Palmzondag. We vieren dat Jezus verwelkomd werd als koning en Jeruzalem. Daarmee gebeurde toch wat God wilde? Hoewel, de koning kwam niet verder dan zijn inauguratie; een goede week later werd hij niet gekroond, maar gekruisigd. Moeten we zeggen dat dáarmee gebeurde wat God wilde?
Iedereen hier en thuis hartelijk welkom in deze dienst op Palmpasen. We steken eerst de kaars voor de nood van de wereld aan. Dat doen we sinds de corona-nood, maar daarna is de oorlog in Oekraïne gekomen, en er is nog steeds de nood van migranten, en de nood van de natuur.
Kyriegebed
Heer, aan het begin van de dienst leggen we weer de zorgen en verwachtingen die we met ons meedragen even neer, vóor we ze weer oppakken als we naar huis gaan. We leggen ze hier in de kerk voor U neer, om te zien wat U ons wilt zeggen – misschien ook wat U ons met onze nood wilt zeggen. Er gebeurt zoveel in de wereld en in ons leven waarover we zorgen hebben. Daarom bidden wij U allen tezamen…
Vanmorgen willen we stilstaan bij iets dat we al een tijdje ontwend zijn, maar dat ons toch bezighoudt: of U ook leiding geeft aan het reilen en zeilen van ons leven en van de wereld? Vaak loopt alles zo anders dan we dachten, anders dan we denken dat goed is, en we raken de draad kwijt. Is er wel een draad, is er voorzienigheid in de grote en kleine lotgevallen van ons mensen en volken? Heer, help ons de gebeurtenissen te volgen en help ons daarin U te volgen in wat U doet en niet doet. Leer ons ontwikkelingen in de wereld en de kerk en in ons persoonlijk leven lezen als een schrift waarin ook uw hand herkenbaar is, ook als daarin veel geheimschrift blijft. Zo bidden wij U…
Gebeden
Diaken
Vader in de hemel, wij danken en bidden U voor mogelijkheden om als ouders en grootouders iets van ons geloof te delen met onze kinderen en kleinkinderen. Zoals in de Kliederkerk, het Kerkkamp, de Paas Challenge, of een uurtje samen Palmstokken maken. Help ons, Heer, om deze mogelijkheden te creëren en te benutten, thuis en in de kerk. Geef dat we daarin elkaar als ouderen mogen stimuleren, en elkaar als kerken steunen. Zo bidden wij U allen tezamen…
God, wees met hen die nog steeds de kwalijke gevolgen van slavernij ondervinden. Wees met hen die bereid zijn tot excuses en vergoeding en zoeken naar hoe het beste te handelen. Zo bidden wij U..
Predikant
God van Jozef, leid ons verder. Dat zongen we het aan het begin van deze dienst, en dat willen we blijven zingen, ons hele leven. Ook als we ons niet zozeer in Jozef herkennen, maar meer in zijn broers. Als christenen hebben we allemaal een broer die bestemd is om de eerste plaats in ons leven in te nemen. Hebben ook wij Jezus niet uitgeleverd? We hebben hem op allerlei terreinen van ons leven weggedaan: uit ons werk, ons onderwijs, onze nieuwsberichten, onze lectuur. Ieder van ons gaat daar op eigen wijze mee om, net als de broers van Jozef; sommigen van ons zijn radicaal, anderen aarzelend, en weer anderen zoeken een compromis tussen hun geloof en het meegaan met de seculiere samenleving. God, laten we de komende week opnieuw naar onszelf kijken, om te zien wat wij met Jezus doen in ons leven. Zo bidden wij U allen..
Heer, geef dat we schuld erkennen waar we schuld hebben. Schuld is vaak iets dat we delen met anderen omdat veel dingen door ons gezamenlijk worden gedaan of nagelaten, ook in de kerk. Geef dat onze doop weer levende werkelijkheid wordt. Dan kunnen we tegelijk ervaren dat U niet wil dat we in schuldgevoel blijven steken, in angst verlammen, omdat U ondanks alles de hand naar ons uitsteekt. God, kom ons tegemoet juist in de komende week. Wanneer we Jezus lijdend en stervend zien door wat wij mensen hem aandoen, mogen we hem ook als Opgestane voor ons zien die nu zit aan Uw rechterhand en tot ons zegt: Jullie hebben mij veel kwaad gedaan, maar ik zal jullie niet vergelden, God heeft het goed gemaakt met mij, kijk maar, hier ben ik, laat mij jullie redden. Dank U wel voor Pasen en Hemelvaart. Zo bidden wij U allen tezamen..
God, leer ons de gebeurtenissen in ons leven beluisteren op wat U ermee wil zeggen. Sommige gebeurtenissen raken ons allemaal, andere zijn heel persoonlijk – spreek tot ons in de stilte [..]
Onze Vader
Wegzending en zegen
Mag ik nog éen ding apart zeggen voor u naar huis gaat. Dat het toch goed komt in het leven van mensen en volken, is geen automatisme. Jozef zal jarenlang gedacht hebben, dat zijn slavernij zijn definitieve lot was. Misschien heeft hij wel vaker gedacht: die droom die ik had was alléen maar een droom, van een jongen die voorgetrokken werd. Ook Palmpasen, het koningschap van Jezus, leek niet méer dan een droom, een droom die wreed verstoord werd. Jezus is echt gedood. Dat hij toch koning is geworden, heer over ons leven, was een tijdlang bijna ondenkbaar. Soms moet je Pasen en Hemelvaart even loslaten om te voelen hoe verrassend zij zijn. Met de zegen van dit verrassende uitzicht mogen we vanhier gaan: De Heer zegene U en Hij behoede U..