Apocalyptisch?

15 mei 2022

Wijkgemeente Wilhelminakerk, Bussum
ds. Nico den Bok

Apocalyptisch?

Bij veel mensen, en zeker niet alleen christenen, is er een apocalyptische stemming ontstaan. Na een wereldwijde epidemie nu oorlog in Oekraïne, met nucleaire dreiging, en op de achtergrond de dreiging van natuurrampen overal op aarde vanwege klimaatveranderingen. Is de eindtijd aangebroken? Het einde komt met plagen en oorlogen, zegt Openbaring.

Openbaring is natuurlijk hét apocalyptische boek. Maar dat boek goed beluisteren is niet gemakkelijk. Al was het maar omdat we inmiddels tweeduizend jaar later leven. Toen het geschreven werd waren er plagen en oorlogen, maar is het einde van de wereld niet gekomen. Er kwam sindsdien meer wereldwijde rampspoed, maar niet het einde van de wereld. Er kwamen ook tijden van vrede, waarin het besef van de eindtijd wegzakte – zoals bij ons in de laatste tientallen jaren. Wat moeten we nu met het nieuwe gevoel van urgentie? Wat moeten we met onze grote schrik en zorg?

  • Bij eerste christenen, die in de tijd van Openbaring leefden, is er iets opmerkelijks aan de hand. Wanneer zij spreken over oorlogen, rampspoed en het dreigende einde, roepen ze tegelijk op om voluit goed te doen. Om te leven alsof je nog alle tijd hebt. Alsof het leven pas goed begint. Dus niet: red nu je lijf en leden, de rest komt later wel, maar: leef nu helemaal goed! Nu komt het erop aan!

Bij de eerste christenen is er nog iets opmerkelijks aan de hand. In de eerste geloofsbelijdenis die zij opstelden – en die nog steeds in alle kerken klinkt, ook in Oekraïne en Rusland – spreken ze wel over de wederkomst van Christus, maar niet over het einde van de wereld. We kennen het allemaal: Ik geloof in God de Vader – in Zijn eniggeboren Zoon – die gestorven en begraven is, opgestaan en opgevaren, zittend aan de rechterhand van de Vader vanwaar hij komt om te oordelen levenden en doden. Ons credo spreekt wel over het komend oordeel, maar zwijgt over het einde van de wereld.

Waarom ontbreekt hier elke apocalyptische dreiging? En waarom die oproep die ik al noemde: om ook bij rampspoed en doodsdreiging helemaal goed te leven? Ik denk, omdat de eerste christenen beseften dat de belangrijkste ‘apocalyptische gebeurtenis’ na Christus in een heel gewoon feit schuilt: dat het einde inderdaad komt – in het leven van ieder mens.

Christus zal zeker komen als het einde van de wereld komt. Maar elk mens zal een keer sterven. Elk mens maakt daarom in zijn of haar eigen leven het einde van zijn of haar wereld mee. En daarin ook de komst van Christus. Elke dreiging van het einde van de wereld wordt gerelativeerd door het besef dat voor jou en voor jouw naasten het einde inderdaad komt. Wie daarop voorbereid is, staat anders in oorlogstijd, en in vredestijd, en in welke tijd dan ook.

Maar waarop moeten we ons dan voorbereiden? De tekst uit Openbaring zegt het met een beeld. Als het einde aanbreekt en onze wereld ineenstort, in het groot of in het klein, komt de Heer om – te oogsten. In onze tekst horen we van een mens op een wolk met een sikkel in de hand. Dit beeld veronderstelt natuurlijk dat er gezaaid is, dat er op de akkers iets gegroeid is. God, onze Schepper is de Zaaier, en het zaad is het leven van mensen. Wat is dan de oogst? Natuurlijk: goed leven.

Goed leven, dat is voor ons in het Westen vooral welvarend en vrij leven, maar volgens de Bijbel is het meer dan dat en ook anders. Goed leven is goed omgaan met de schepping, met je medemens en met God. Wel, waar kan God de oogst binnenhalen, waar is het zaad dat Hij zaaide goed uitgegroeid? Waar is menselijk leven te vinden zoals Hij het graag ziet? Als u wat terugbladert in Openbaring, zult u merken dat deze vraag in de hemel gesteld wordt, vooral als de situatie op aarde weer eens nijpend wordt. En dat daar in de hemel dan – een diepe stilte valt. Tot er een verzegeld boek opengaat. Ja er is iemand die helemaal leefde zoals God het wil. De leeuw uit Juda, het lam van God. De hele hemel zingt: Waardig is het lam!

  • We hebben kort geleden weer Pasen gevierd. Hier in Nederland, maar ook in Oekraïne en Rusland. Wat vieren we op Pasen? Dat God de eersteling van de oogst binnenbracht. Eén heeft goed geleefd, tot in de dood, ja een gewelddadige dood. Pasen zegt: dit menselijk leven is behouden, voorgoed.

Hiermee trekt het Nieuwe Testament een lijn door die sterk vanuit het Oude Testament is aangezet, maar daar dreigt dood te lopen. God, de God van Israël, is de levende God, Hij is een God van levenden en trouw aan het werk van zijn handen. Als het leven van mensen die met Hem verbonden zijn bedreigd wordt, bv door een vijand of een ziekte, komt Hij het redden. Hoeveel verhalen uit de Bijbel gaan niet over God die redt! Maar, zeggen Job en Prediker, ook als je gered wordt in dit leven, komt er toch een keer een eind aan dit leven. Job, die gered werd en in ere hersteld, is tenslotte gestorven. Heeft dan toch de dood het laatste woord over het menselijke leven?

Wat doet het Evangelie met deze vraag. De Goede Boodschap is niet dat de dood is weggenomen. Alle mensen moeten nog steeds sterven, ook zij die Jezus volgen – ook Jezus zelf. De Goede Boodschap is ook niet, dat het oude leven voortgezet kan worden, verlengd. Dan zouden we ook weer in de oude fouten en rampspoed belanden. Of op z’n best weer in de situatie van Job komen. Westerlingen voelen veel sympathie voor hem. Nog een paar maanden langer leven met een nieuw medicijn. Nog een paar jaar leven na een wonderlijk herstel of na het einde van alle oorlogsgeweld. We doen er alles voor! Ja, maar waar doen we het dan voor? Zeker, in het leven waarin Jezus ons voorgaat, kan er redding, genezing komen. Maar vroeg of laat komt toch óok de dood.

Het laatste woord in het Evangelie is: opstanding. Opstanding uit de dood. Zo is God trouw aan het werk van zijn handen. Het oude leven is een keer echt voorbij en dan begint er iets nieuws, definitief. Het Nieuwe Testament roept ons toe: Bereid je daar op voor, wordt deze toekomst waardig. Dát is het einde dat komt als de Heer komt. Hij komt ons leven definitief redden, behouden. Alleen goed leven blijft. Via opstanding. Ga daarom nu leven zoals je altijd kunt leven. Want dat leven is aanstaande. Ga nu leven zoals je hart weet hoe je zou moeten leven. Het is tijd voor de oogst.

  • Misschien voelen we de moed in de schoenen zakken. Zo leven, wie kan, en zeker in een oorlogssituatie? Dat kan God toch niet van ons vragen? Hoewel, als we kijken naar mensen die uit een oorlogsgebied kunnen vluchten maar dat niet doen, zijn we ook beschaamd: zij blijven om anderen te helpen, met gevaar voor eigen leven. Het kan dus wèl. En als we dan ook even naar onszelf kijken, zijn we nog meer beschaamd; want leven zoals het altijd goed is om te leven, lukt dat in vredestijd? We leven al tientallen jaren in vrede, maar hoezeer is de liefde tot God, de goede godsdienst weggezakt. Hoezeer is de naastenliefde, die gebleven is, beperkt geraakt tot zorg voor materiële condities – die we allereerst voor onszelf willen garanderen.

Openbaring daagt ons uit: probeer in tijden van vrede én in tijden van oorlog te doen wat altijd goed is om te doen. Wat is altijd goed om te doen? De kern daarvan kennen we allemaal: God liefhebben boven alles, en je naaste als jezelf.

Wat betekent dit voor het leven in een tijd van vrede? Zeker niet: je geloof verliezen als je welgesteld bent en alle vrijheid hebt om te denken en doen wat je wilt. Nee, blijf God eren, persoonlijk en met elkaar! Het betekent ook niet: vooral streven naar welvaart en vrijheid, en die boven alles veiligstellen. Nee, er moet heel wat meer beschermd worden voor goed menselijk leven en samenleven. Heb zorg voor lichaam én ziel die beide leven van Gods gaven. Is het goed om sommige naasten royaal op te vangen en anderen die in vergelijkbare omstandigheden verkeren, maar heel moeizaam een plekje in je land te geven? Durf je rijkdom te delen!

En wat betekent het concreet om in oorlogstijd te doen wat altijd goed is om te doen? Opnieuw, dat is allereerst: Heb God lief boven alles, dus ook boven mensen, en heb je naaste lief als jezelf. Omdat God de schepper van alle mensen is, is dat niet alleen de naaste die je vriend is, maar ook de naaste die je vijand geworden is.

Dit maakt ons niet tot mensen die nooit tanden laten zien. In de Bijbel is liefhebben ook altijd rechtdoen en daarom een oefenen in onderscheidingsvermogen. Andere mensen aanvallen, met wapens, is verkeerd, maar niet altijd. Als het altijd verkeerd zou zijn, moeten we ook politie en leger afschaffen. Jezelf verdedigen tegen aanvallen van anderen is goed, maar niet altijd. Is het offeren van mensenlevens altijd te verkiezen boven het verduren van bezetting? Was de Nederlandse regering laf toen ze in mei 1940 capituleerde voor de Duitsers? Het leven van mensen niet nemen, ook niet in verdediging, maar het eigen leven geven om anderen te redden – niet alleen om slachtoffers te redden, maar ook om daders te redden – dat is altijd goed. Zoals een arts in oorlogsgebied.

Toen Jezus na zijn laatste Maaltijd door soldaten opgepakt werd, verbood hij zijn discipelen het zwaard te gebruiken. ‘Wie het zwaard oppakt, zal door het zwaard vergaan’. Maar hij had hen kennelijk niet verboden een zwaard te dragen. Onderscheidingsvermogen.

  • Doen wat altijd goed is om te doen, dat is hem trouw blijven die de liefde tot God vlees en bloed gaf, Jezus, onze Heer. Dat maakte hij op het laatst indringender dan ooit, met brood en wijn, en met woorden. ‘Hou je aan het gebod dat ik je geef’ – in goede en slechte tijden. Dan leef je het leven dat niet vergaat.

Wat is een goede tijd, wat een slechte? En wat is vrede? In oorlogstijd willen we niets liever dan vrede, maar hoe vredig is de wereld als er geen oorlog is? Dat moeten we onze jongeren vragen. Als we de vrede van Christus vinden of terugvinden, desnoods door de schok van de oorlog, is de belangrijkste strijd gewonnen. Is dat niet de uitdaging van dit moment, daar in Oost-Europa, en hier in het Westen?

Drempelgebed (naar Joh 14: 25-31)

Heer Jezus, tijdens uw laatste maaltijd
hebt u tot uw leerlingen gezegd:
“Vrede laat ik u, mijn vrede geef ik u.
Niet zoals de wereld die geeft, geef ik die u.”
Heer, in onze wereld woedt al drie maanden een oorlog.
En al is óns land niet in oorlog, we voelen ons bedreigd.
U zegt: “Laat u niet verontrust en moedeloos worden.
Ik ga heen, maar ik keer tot u terug.”
Heer, help ons, leer ons wachten op U.
Wij willen vandaag uw laatste maaltijd vieren.
Leer ons wachten op Kracht van boven.
Geef ons uw vrede. Amen.

Gebed voor de nood van de wereld

God, we bidden U voor de mensen in het oorlogsgebied, en voor hen die gevlucht zijn, naar de andere kant van hun land of naar het buitenland. We bidden U voor de Oekraïense burgers én soldaten. En voor allen die hen helpen, daar en hier. We bidden U voor allen wereldwijd die de gevolgen van de oorlog voelen, vaak nog veel nijpender dan wij, zoals mensen in Afrika die met honger bedreigd worden. En hoe moeilijk het ons misschien valt, we bidden U ook voor de Russische soldaten en bevelhebbers, niet alleen voor hen die eigenlijk liever niet zouden vechten, maar ook voor hen die overtuigd zijn van de goede zaak in deze oorlog.

Heer, we kunnen niet bidden voor beide partijen in het oorlogsgebied zonder ook naar onszelf te kijken. Wij in het Westen hebben vrijwel alleen begrip voor de Oekraïners. Wat Rusland drijft vinden we totaal verkeerd. Al hebben we geleerd om bij een conflict ook altijd naar de andere partij te luisteren, we doen het niet of nauwelijks, ook niet als christenen. Heer, zie onze zelfverzekerdheid, schep verwarring waar we dat nodig hebben, help ons in onze verwarring, leer ons te vragen naar U, naar hoe U wilt dat we met de hele situatie omgaan.

 

Gebeden

Diaken

Heer, door de oorlog in Oekraïne stijgen allerlei prijzen in ons land. We bidden U: geef dat we deze druk zoveel mogelijk met elkaar delen. Dat we durven geven van onze overvloed, en met minder tevreden leren zijn. Geef ook dat we bij de nieuwe toevloed van vluchtelingen blijven denken aan de oude stroom van vluchtelingen. Dat we eerlijk en rechtvaardig zijn naar állen die bij ons een plek van vrede zoeken. Zo bidden wij U allen tezamen…

Predikant

Heer, we bidden U voor de jongeren onder ons. Dat zij hoop houden bij zoveel dreiging in de wereld. Dat zij blijven geloven dat het leven meer dan het leven waard is.

We bidden U ook voor allen die oud zijn. Geef dat we blijven doen wat we nog kunnen doen: bidden voor anderen, omzien naar elkaar in kleine attenties, geven wat we te geven hebben. Zo bidden wij…

Geef ons, jongeren en ouden, dat wij mogen ervaren wat we in Openbaring gehoord hebben: ‘Gelukkig zij die sterven, zij zullen uitrusten van hun inspanningen, want hun daden vergezellen hen’. Als het goed was wat we deden, in welke omstandigheid dan ook, kunnen we in vrede leven en in vrede sterven. Want dan mogen we iets proeven van de goedheid waarin U ons binnenleidt, elke dag opnieuw en op onze laatste dag voorgoed. Dank U wel daarvoor! Zo bidden wij U allen…

We danken U voor een nieuwe pastor die ons daarbij helpen kan. Ik bid U, Heer, weest U met Egbert van Dalen die zich als ambulant predikant aan de Wilhelminawijk wil verbinden. Zegen hem op zijn werk ons midden. Zo bidden wij U allen tezamen…  Stil gebed.

 

Tafelgebed

We danken U, God, voor uw Evangelie, voor woorden die ons rust geven en bemoedigen, die ons echt rust geven en moed inspreken. We danken U voor het Evangelie zoals het vanmorgen klonk vanuit Openbaring: ‘Gelukkig zij die die standvastig bleven, ze hebben zich gehouden aan de geboden van God, en zijn Jezus trouw gebleven.’ Daarom zingen wij met alle heiligen: Heilig, heilig, heilig

We danken U voor Jezus Christus die trouw bleef, die uw geboden vervuld heeft met liefde, in leven en in sterven. En die ieder van ons tegemoet wil komen die daarin tekort schiet, die oprecht berouw heeft van dit tekortschieten.

Die in de nacht van de overlevering het brood nam,
daarover de dankzegging uitsprak, het brak en
aan zijn discipelen gaf met de woorden:

Neem en eet, dit is mijn lichaam
dat voor u gegeven wordt.
Doe dit tot mijn gedachtenis.

Zo heeft Hij ook de beker genomen,
de dankzegging uitgesproken, hem rondgegeven en gezegd:
Drink allen daaruit. Deze beker is het nieuwe verbond
in mijn bloed dat voor u en voor velen vergoten wordt
tot vergeving van zonden.
Telkens als u deze beker drinkt, doe dit tot mijn gedachtenis

G:
Lam Gods….

V: Zend dan Uw heilige Geest, o God,
zodat wij eten en drinken het leven dat niet vergaat.
Voeg ons allen samen tot een levende gemeenschap
met hen die ons voorgingen in geloof, hoop en liefde,
met Uw volk in heden, verleden en toekomst,
op aarde en in de hemel. Amen

Gemeenschap van brood en wijn
V: Kom, alle dingen staan gereed!
Tijdens de viering is er orgelspel

Afronding

V: We besluiten de maaltijd met het gebed dat Jezus ons geleerd heeft:
G: Onze Vader….